Van Aného naar Lomé – Weggegoocheld

Gepubliceerd door Marco Singelenberg op

Vrijdag 18 juli. Togo.

Van Aného naar Lomé - Weggegoocheld - strand Lomé
Kustweg in Lomé, Togo

Vertrouwen is belangrijk.
Zonder vertrouwen kom je nergens.
Maar er zijn mensen die er hun levensmissie van hebben gemaakt dat vertrouwen met man en macht te beschamen.
Er zijn mensen die er alles aan zullen doen je op slinkse wijze en zonder enige vorm van gêne op te lichten.

De meeste van dat soort gladjakkers zie ik met hun klunzige misleidingspraktijken van mijlenver aankomen en meestal lukt het ze dan ook niet mij om hun vingers te winden. 
Toch zijn er altijd nog momenten waarop ik er met open ogen intrap. Het gebeurt niet vaak, maar het gebeurt. En als het gebeurt, dan komt dat in veruit de meeste gevallen enkel en alleen door mijn eigen onoplettendheid, mijn eigen nonchalance of mijn eigen stommiteit.  

Applaus voor de meester

Maar eens op de zoveel keer val ik nog ten prooi aan een echte professional. Aan een ware kunstenaar. Een kunstenaar, die je geest met de grootste nauwkeurigheid bewerkt. Hij masseert je gedachten op zo’n manier dat je aan het eind van het liedje blij bent dat je hem zoveel mogelijk geld hebt overhandigd.
Pas later besef je dan dat je bent opgelicht, maar wat er nou precies is gebeurd, daar kun je geen vinger opleggen. Daar zul je nooit achter komen. 

Je bent het slachtoffer geworden van een goocheltruc. Een goeie. Eerst ben je nog een beetje boos en vraag je je van alles af. Daarna komt het respect. Het respect voor het talent. Het respect voor je meerdere. Het applaus voor de illusionist. De bewondering voor de ware meester. 

De suikerpatiënt

Vanmiddag was ik, na een niet al te lange fietstocht, lekker vroeg aangekomen in de Togolese hoofdstad Lomé. Ik had me net geïnstalleerd in mijn eenvoudige, goed betaalbare kamer en lag op het punt in een oppervlakkige slaap te vallen, toen er op de deur werd geklopt. De kamerjuffrouw. Ze kwam me zeggen dat er iemand naar mij op zoek was. Ik vroeg me af wie dat kon zijn en liep naar buiten. 

Daar stond een man op me te wachten. Een man uit Ghana. Hij had gehoord dat ik hier was en in vloeiend Engels, want dat spreken ze in Ghana, vertelde hij me dat ik zijn laatste hoop was.
Hij was bestolen op het vliegveld en was daarbij al zijn spullen en zijn geld kwijtgeraakt. Dat vond hij niet zo erg, ware het niet dat hij suikerziekte heeft en dat hij snel zijn medicijnen nodig had, de medicijnen die ook deel uitmaakten van zijn gestolen bagage.
Hij vroeg me of ik één shot voor hem wilde kopen. Dat zou voldoende zijn om de nacht mee door te komen. Morgen zou hij dan terug naar Ghana gaan. 

Hier had ik nee kunnen zeggen. Maar dat heb ik niet gedaan. Want wat nou als hij echt suikerziekte heeft? 
Ik wilde hem dan ook wel helpen, maar het ging me te ver hem zomaar mijn geld te overhandigen. Zo stom ben ik nou ook weer niet. En dat is ook niet wat hij van me vroeg. Zijn voorstel was dat ik mee zou lopen naar de dichtstbijzijnde apotheek, waar ik dan een injectie voor hem zou kunnen kopen.  
Dat leek me een goed plan.  

Ziekenhuizen en apotheken

Bij de apotheek legden ze hem echter uit dat ze geen enkele dosis mogen verkopen en dat hij minstens een heel pakket moest kopen. En zo’n pakket kost een vermogen. 
Omdat het volgens de dame achter de kassa bij het ziekenhuis wel mogelijk zou zijn één enkele injectie te krijgen, gingen we op weg naar dat ziekenhuis. Hij betaalde de brommertaxi – de meest gangbare vorm van vervoer in Lomé – en we sprongen achterop. 

In het ziekenhuis moesten we wachten. We moesten lang wachten en de goede man werd zichtbaar steeds zieker en steeds ongeduldiger. Uiteindelijk kwam de dokter. Die deelde ons mee dat ook hij niet kon helpen en hij stuurde ons naar een andere apotheek, waar ze volgens hem wel kleinere porties zouden verkopen.  

Daar aangekomen bleken ze ook hier zijn medicijn alleen per hele doos te verkopen. Als ze één portie uit de doos zouden halen was de kans te groot dat ze de rest weg moeten gooien en dat risico wilden ze niet nemen. 
Mijn Ghanese vriend heeft staan lullen als Brugman, tot hij de apotheker uiteindelijk zover kreeg dat hij een halve doos kon kopen. Maar ook zo’n halve doos kost altijd nog 78.000 francs, oftewel 120 euro.  

Achteraf gezien

Hier kon ik niet meer terug. Zeg nog maar eens nee tegen iemand die misschien wel doodgaat omdat jij hem geen 100 euro wilt geven. Ik kon niet tegen hem zeggen dat hij dan maar moest creperen, maar zoveel geld had ik niet bij me. Dat moest gehaald worden.  

Als hij beloofde later terug te komen met het geld, was de apotheker wel bereid hem alvast één dosis te geven. Van dat aanbod maakte hij dankbaar gebruik en zonder aarzelen spoot hij onder mijn toeziend oog de injectienaald leeg in zijn buik. Daarna gaf hij zijn telefoon als onderpand aan de apotheker en sprongen we weer achter op een brommer. Deze keer naar de bank om te pinnen. 

Achteraf terugkijkend begon hij vanaf dit moment foutjes te maken. Hij begon mompelend in zichzelf te rekenen en dat deed hij in het Frans.
En Ghanezen spreken geen Frans.
Ik vroeg hem daarnaar en hij had als excuus dat zijn vader weliswaar Ghanees, maar dat zijn moeder Togolese was en dat hij daarom weleens in het Frans denkt.  

Ook werd hij hebberig. Bij de pinautomaat zei hij dat ik 90.000 francs moest pinnen. Ik kon zien dat hij zag dat ik dacht: hé maat, neem je me nou in de maling? Dus herstelde hij zich meteen door te zeggen dat hij zich vergiste en dat het 80.000 moest zijn. 
Achteraf gezien had ik hem toen wellicht door moeten hebben. 
Maar zo scherp was ik op dat moment helaas niet. 

Fluiten naar weggegoocheld geld

Ik gaf hem het geld en vanaf dat moment werd het me steeds duidelijker dat hij me niet meer zo hard nodig had. Hij wilde van me af.
Maar ook ik wilde graag weg. Ik was al moe voordat dit hele avontuur begon en ik was het allang meer dan beu. Ik wilde weg uit deze situatie en terug naar mijn hotelkamer om te slapen. 

Hij was me eeuwig dankbaar en hij was blij dat er iemand was die voor de verandering hem een keer wilde helpen.
Hij is immers een welgestelde Ghanees en meestal is hij degene die anderen helpt. Hij gaf me zijn mailadres, ik hem mijn rekeningnummer en hij beloofde me plechtig daar het geld binnen drie dagen op over te maken. Daarna reed hij weg. Iets te hard lachend. Achter op de brommer. Met mijn geld. Al dan niet naar de apotheek. Waarschijnlijk niet naar de apotheek. 

Ik liep terug naar mijn hotel. Verdwaasd. Piekerend. Glimlachend. Uitgeput. Fluitend naar mijn geld. Vol minachting voor die vreemde snuiter, die naarling die me had bedonderd. Maar ook vol bewondering. Vol bewondering voor die briljante artiest, die goochelaar die me mijn eigen geld heeft laten verdwijnen.  
En ik weet niet eens hoe hij heet. 

Volgende: Lomé – Gestrand
Vorige: Van Cotonou naar Ouidah – Voodoo
Of begin hier gewoon bij het begin van mijn boek ‘Figurant in de Hoofdrol’

Meer bij Aného - Togo
Meer bij Aného, Togo
Categorieën: 14 West-Afrika

0 reacties

Geef een reactie

Avatar plaatshouder

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.